Slapen ’s nachts lukt niet meer,
behalve met mijn teddybeer.
Ik hoor alleen maar geschreeuw.
Het luchtalarm gaat steeds af.
Dat is echt vreselijk laf van de Duitsers.
In de ochtend pak ik mijn sloffen.
Ik loop naar benee.
Toen zeiden mijn ouders “kom mee!”
Ik dacht wat gebeurt hier.
Ik liep mee naar de kelder.
Hier moesten we onderduiken.
Dat is echt geen plezier.
Het stinkt en het is er klein,
het ruikt hier naar verrot zwijn.
Hopen dat die Duitser ons hier niet vind,
’s nachts hoor ik de wind.
En een huilend kind.
Ik ben bang.
Bang voor wat er komen gaat…..